Deze foto is in mijn woonkamer, thuis. Mijn meest belangrijke plek in Hoevelaken. Daar zat ik ook de column ‘Raadslid aan het woord’ te schrijven. ’s Nachts, want ik was het even vergeten. Terwijl ik bezig was, ging de mobiele telefoon van mijn echtgenoot. Zijn moeder was gevallen en de alarmcentrale belde. Ze kon niet meer zelf opstaan. Dichtbij bleek niemand bereikbaar. Als ik niet wakker was geweest, had ik de telefoon waarschijnlijk niet gehoord.
Het was misschien wel voorzienigheid. Een snelle actie was dus nodig. Maar ‘snel’ bleek nog ruim een half uur rijden te zijn.
Eigenlijk kan mijn schoonmoeder niet meer zelfstandig wonen. Maar ze peinst er niet over om haar huis te verlaten. Dat is voor haar de meest bijzondere plek in háár woonplaats. En ik denk aan alle mensen in dezelfde situatie. Die noodgedwongen hun eigen huis moeten verlaten. Dat wil toch eigenlijk niemand?
In onze samenleving wordt soms erg de nadruk gelegd op ‘participatie’. Mijn schoonmoeder vertaalt dat als: “ik mag niet afhankelijk zijn. Ik moet bijdragen.” Maar wat nu als je dat (tijdelijk) niet meer kunt. Of niet mag? Wat zou dat dan met je doen?
En dan denk ik: was om hulp vragen en hulp krijgen maar vanzelfsprekend. Onze maatschappij is daar niet meer op ingericht. Dat vind ik jammer. Als we onze bijzondere plek, ons ‘thuis’ moeten verlaten, dan hopen we toch op een nieuwe bijzondere plek. Eén waar hulp dichtbij is, als we vallen bijvoorbeeld. Eén waar we ons gewaardeerd weten, gewoon omdat we mensen zijn. Ook al kunnen of mogen we niet zoveel. Die wens spreek ik graag uit In deze laatste column als raadslid.
Linda de Wals, Raadslid PRO21
(Deze column verscheen ook in Stad Nijkerk)